Al een tijdje wil ik een blog schrijven over het fenomeen prijsdiscriminatie. Ik werd hiertoe getriggerd door het lezen van een artikel over Disneyland Parijs in het Financieel Dagblad. Dit artikel kan alleen gelezen worden wanneer je bent ingelogd, dus bij deze ook een kopie van de tekst.
Het artikel gaat er over dat een gezin van 2 volwassenen en 2 kinderen uit Frankrijk €142 moet betalen voor hun gezamenlijke tickets, waar dezelfde samenstelling van een Nederlands gezin hier €228 voor dient te betalen. Echter is van prijsdiscriminatie geen sprake, omdat Disney geen economische machtspositie zou hebben.
Ik zal dadelijk wat uitweiden over dit onderwerp, maar zal eerst nog even toelichten hoe ik hier bij ben gekomen. Er stond namelijk een bericht in het Financieel Dagblad over een kortingsactie van KPN (kopie), die al dan niet zou bestaan. Het zou hier gaan om 50% korting voor 100% Nederlanders wat natuurlijk illegale prijsdiscriminatie is ten overstaande van legale immigranten.
Prijsdicriminatie is natuurlijk een tool voor managers om de prijs te bepalen aan de hand van de vraag van bepaalde groepen klanten. Een belangrijk aspect is echter dat de verschillende prijzen niet terug te leiden zijn op verschillende kosten. Wanneer de verschillende prijzen komen door verschillende kostenstructuren is het juiste begrip namelijk prijsdifferentiatie.
Standaardvoorbeelden zijn natuurlijk piek- en daltarieven voor bellen of stroom waarbij het product natuurlijk exact hetzelfde is. Hetzelfde geldt voor een dalurenabonnement voor het reizen met het openbaar vervoer of lagere prijzen op minder drukke momenten (bijvoorbeeld door hotels en vliegtuigmaatschappijen). Dit zijn allemaal voorbeelden van prijsdiscriminatie op basis van tijd.
Prijsdiscriminatie op basis van product is ook mogelijk bij bijvoorbeeld een voordeelverpakking of juist een meer luxe verpakking. Natuurlijk kan er ook gediscrimineerd worden op basis van de plaats. Denk hierbij aan betere plekken in een voetbalstadion; de kosten zijn natuurlijk niet anders, maar de prijs wel.
De laatste vorm is prijsdiscriminatie op basis van het type afnemer. De eerder genoemde artikelen gaan allemaal over de type afnemer. Hier valt te denken aan jongerenkorting (CJP-pas), seniorenkorting en gezinskorting.
Volgens de Rijksoverheid is discriminatie het onterecht verschil maken in de behandeling van mensen. “Zo kan er onder meer worden gediscrimineerd op basis van geslacht, godsdienst, handicap, leeftijd, afkomst, huidskleur, ras, burgerlijke staat en seksuele voorkeur.”
Discriminatie op basis van leeftijd wordt gezien alle toepassingen dus blijkbaar getolereerd. Echter zou bijvoorbeeld een ladies night, waar vrouwen vaak gratis naar binnen mogen, in een discotheek eigenlijk niet mogen. Hier hoor je natuurlijk alleen geen man over zeuren wanneer de discotheek vol met vrouwen is!
Het is aan de manager de zaak om het product in een iets ander jasje te gieten om zo een hogere prijs te mogen (en durven) vragen. Denk aan de speed boardingpassen van vliegmaatschappijen voor zakenlui of bijvoorbeeld een VIP-arrangement bij bepaalde evenementen.
Geld alleen maakt niet gelukkig. Je hebt ook nog aandelen, obligaties, goud en onroerend goed nodig.
|